Vijftig plus en nog steeds bang voor muizen!

-

Na elf maanden komt Hermien weer terug in haar vakantiehuis in Slowakije. Ze hoopt natuurlijk alles in goede staat aan te treffen, maar de familie muis heeft behoorlijk lopen feesten in haar huis. Wat nu? Ze is immers sinds haar vroege jeugd bang voor muizen. Komt zij nu eindelijk van haar angst af?

Kort na de middag rij ik de berg op. Twee uur eerder heb ik dochter op de luchthaven in Bratislava afgezet. Zij moet de volgende dag weer naar haar werk. Het laatste stuk rij ik alleen met op de achterbank de hond, die het grootste deel van de reis slapend heeft doorgebracht. Bovenaan de berg zie ik het huis al schitteren in de zon. Vorig jaar hebben de kinderen mij de eerste dagen gezelschap gehouden, nu doe ik het alleen.

Even flitst het debacle van een jaar eerder door mijn hoofd.  De kapotte waterpomp, dus geen water en als hij het deed, had ik telkens stroomuitval. De septictank was voor het eerst in al die jaren vol en stroomde bijna over.  Het was nog niet alles, maar dat waren wel de grootse ongemakken waar ik mee te maken kreeg. Natuurlijk heb ik het allemaal opgelost of op laten lossen, maar wat voelde ik me toen alleen.

Dit jaar verwacht ik weinig problemen. Vrienden hebben enkele weken geleden de boel opgestart en aangesloten. Alles doet het, je hoeft bij aankomst alleen de knoppen in de meterkast om te zetten, appten ze. Toch aarzel ik als ik de sleutel in het slot steek. Jarenlang verschool ik  me achter de rug van Eric en betrad het huis pas als hij het sein veilig gaf.  Niet dat hij dat riep, maar dat hoorde ik wel aan zijn commentaar. Tot die tijd hield ik me bezig met quasi interessante inspectie van de tuin of iets dergelijks. Nu besluit ik stampvoetend het huis binnen te gaan. Ongenode gasten in de vorm van ongedierte krijgt zo de tijd om het huis te verlaten, bij voorkeur ongezien, zodat ik veilig het huis kan inspecteren.

Op het eerste gezicht ziet het er goed uit. Maar dan trek ik een keukenkastje open. Zwarte stipjes en die lijken verdomd veel op muizenkeutels. Voorzichtig open ik het volgende kastje, nog een kastje. Jakkes, die kutbeesten zijn in alle onderkastjes geweest. Zelfs de placemats zijn aangevreten. In al die jaren dat we dit huis hebben, zijn er amper sporen van ongedierte geweest en uitgerekend nu ik alleen ben, heb ik muizen. En gillen om Eric, iets wat ik altijd deed in soortgelijke situaties, is nu volstrekt zinloos.

Even voor de beeldvorming; een gillende vrouw op een tafel of stoel, staand of zittend met haar benen omhoog, die haar hele omgeving mobiliseert met haar gekrijs als er een muis voorbij komt rennen. That’s me! En kom niet aan met het verhaal dat die muis echt banger voor mij is dan andersom, daar geloof ik geen snars van. Ik heb last van een aangeboren angst voor muizen en  ratten en schiet mijn hele leven al spontaan in een kramp als ik er eentje zie.

Maar wat nu? Wie ruimt het op? Eh… ik zelf? Het idee alleen al bezorgt me koude rillingen.
Laat ik eerst maar eens boven de boel bekijkenn. Ieeuw, die krengen hebben zelfs flink in mijn bad gefeest. Overal keutels. Ik loop verder, de slaapkamers in. Keutels in de vensterbanken. Hier zijn ze dus ook geweest. In een opwelling trek ik het dekbed van het bed en jawel, muizenkeutels IN MIJN BED. Nu ben ik kwaad, pisnijdig zelfs. Hoe durven ze? Die vieze rotbeesten hebben echt overal gezeten en ik besluit harde maatregelen te nemen. Het is oorlog, Hermien versus de muizenkolonie. Ik laat me toch niet uit mijn eigen huis verjagen door een stelletje muizen? Ben ik daar zevenenvijftig voor geworden?

Ik pak mijn autosleutels, instrueer de hond om korte metten te maken met iedere passerende muis en rij de berg af. De Tesco, die verkoopt wel iets tegen muizen. Dat weet ik, want dat vonden wij altijd al vreemd, gif in een supermarkt. Dat vonden zij dus dit jaar ook. Geen gif. Dan de inpandige drogist. Ook niets, maar de verkoopster stuurt me naar de nieuwe Super Zoo winkel. Ze zegt het met zoveel overtuiging dat ik er niet aan twijfel dat een dierenwinkel iets dergelijks kan verkopen.

In de dierenwinkel kijken ze inderdaad niet vreemd op en ze wenkt me mee naar achteren. Ik volg haar tot achterin de zaak waar ze stopt bij een grote glazen bak met heel veel muizen. Bij het zien van het gekrioel die muizen verstijf ik ter plekke en loop achteruit terug richting de ingang. Ik wil geen muizen kopen, ik wil van muizen af.

Wat nu? Pepermuntolie, schiet me te binnen. Daar houden muizen niet van. Bij de drogist vind ik wat ik zoek en sla meteen twee flesjes in. Ik ga die muizen te lijf met een fris ruikende muntspray. Dat zal ze leren. Als ik thuis kom ligt de hond lodderig uit zijn ogen te kijken.
‘Geen muis gevangen zeker,’ vraag ik hem. Een overbodige vraag, onze oude Berner vangt geen muizen. Nooit gedaan ook. Heb ik totaal geen steun aan. Waren de katten maar hier. Daar heb je tenminste iets aan. Die heb ik tenslotte zelf getraind met kat en muisfilmpjes.

Voor ik begin met poetsen, spuit ik alles in met extra sterke muntspray om de nog aanwezige muizen te verjagen. Keutels is tot daar aan toe, maar bewegende muizen wil ik niet tegenkomen. Ieder deurtje, iedere lade open ik met grootst mogelijke voorzichtigheid. Stel je voor dat er opeens een hele familie muis uit tevoorschijn springt en mij aanvalt. Wie redt mij dan? Ik kan gillen tot ik een ons weeg op die berg, niemand die me hoort.

Het kost mij twee dagen om alle sporen van de muizen uit te wissen, maar ik blijf alert. Bij ieder tikje kijk ik verschrikt op en begin meteen te stampvoeten om de muizen de gelegenheid te geven heel hard weg te rennen voor ik ze zie. Ik bevuil hun nest niet, zij blijven uit die van mij. Lijkt me heel redelijk, zeker voor iemand met een muizenfobie.

Een paar dagen, als de mogelijke aanwezigheid van muizen een beetje naar de achtergrond is verdwenen, pak ik de ovenwant om iets uit de oven te halen. De binnenkant voelt ‘raar’ en het duurt slechts een fractie van een seconde voor ik me realiseer dat misschien de muizen ook daarin hebben gezeten. Ik ruk de ovenwant van mijn handen, ren naar buiten om het daar met een boog op het grind te smijten. Er komt niets uit. Voorzichtig pak ik de ovenwant op en zie dat alleen de binnenvoering kapot is gemaakt door de familie muis. De harde stukjes die ik voelde… jawel, keutels en daar greep ik met mijn hand in. Brrr, zo goor!

Wel stoer dat je gewoon in het huis blijft,’ appt een vriendin die mijn fobie voor muizen serieus neemt. ‘Misschien help je jezelf zo van je angst af.’

Zou het? Zal ik mijn angst overwinnen? De confrontatie aangaan schijnt te helpen bij het overwinnen van angsten, heb ik weleens gelezen, maar ik ben bang dat ik wel eens de uitzondering op de regel kan zijn. De muisjes laten zich gelukkig tot op heden niet meer zien. Heel slim van ze en erg fijn voor mij!

Hermien Stok
Hermien Stok
Hermien Stok (57) woont met twee volwassen kinderen, een kwijlende Berner sennenhond en twee jonge katertjes in een dorp onder de rook van Dordrecht. Haar man Eric is een jaar geleden overleden. Hermien is de auteur van vijf kinderboeken en een boek over de verbouwing van haar huis in Slowakije.

RECENTE ARTIKELEN