Uitstelgedrag; we hebben het allemaal weleens. Je báált ervan: nu zul je in het weekend aan de bak moeten. Want dat werk / de jaaradministratie/ die opruimklus zal toch af moeten. Ervaringsdeskundige Tamara tipt hoe je stopt met uitstellen.
Ik had er echt zin: een hele dag ongestoord thuiswerken. Even lekker knallen. Keurig op tijd klapte ik mijn laptop open. Maar laat ik eerst nog even dat postpakketje ophalen, dacht ik, dan is dat maar vast gedaan. Neeee, niet doen!, sprak mijn verstandige ik. Toch deed ik mijn jas aan. Want zo vroeg in de ochtend, dan is het nog lekker rustig bij het ophaalpunt. Deze actie zou me juist tijd besparen. Zo praatte ik het voor mezelf recht. En daar ging ik. Dat pakketje zat inderdaad binnen luttele minuten in mijn fietskrat. Ik zette koers huiswaarts. En toen gebeurde het. Mijn fiets sloeg rechtsaf, richting winkelstraat…
Werk-ontwijkend gedrag. We maken ons er allemaal weleens schuldig aan. Je baalt ervan, heb je weer excuses zitten verzinnen. Je maakt het er voor jezelf alleen maar ingewikkeld op. Dat werk (scriptie/ jaarlijkse administratie/ giga opruimklus) zal toch echt gedaan moeten worden. Maar wanneer dan? Op zaterdagochtend nog even een uurtje inloggen dan maar. Uitstelleritis is echt mijn valkuil. Ik moet regelmatig nog een uurtje werk inhalen, tot ergernis van mijn vriend. Soms doe ik het stiekem, als hij een uurtje aan het hardlopen is. Maar wie houdt nou eigenlijk wie voor de gek? Want het is gewoon zonde van je weekend, als je rondloopt met dat gevoel dat je eigenlijk nog een uurtje aan de bak moet.
Als remedie tegen uitstelleritis kun je bij jezelf nagaan waarom je het eigenlijk doet. What’s going on here, welke emotie zit er achter het uitstellen? Iedereen die ooit een scriptie heeft gemaakt, zal het herkennen. Een grote of complexe taak geeft je dat verpletterde gevoel. Als een hert in het licht van de koplampen van een auto bevries je, terwijl het enige wat je nu helpt natuurlijk is: zo hard mogelijk de goede kant op rennen.
Door je taak in hapklare brokken op te breken, kun je de hert-in-de-koplampen-gemoedstoestand doorbreken. Een dag van tevoren begin je met een kwartiertje inlezen, dan is je interesse alvast gewekt. Op de dag zelf: je begint met het makkelijkste onderdeel, gewoon even snel erdoorheen jassen. Nu heb je ook de moed voor dat moeilijkere onderdeel. Voor je het weet, heb je je door de brokken heen gewerkt. Dat gevoel van ‘veel te moeilijk’ heb je omgezet in ‘absoluut goed te doen’. Ik noem het de Pacman-methode: hap, hap, haphap, haphaphap.
Ping! Mail van je internetaanbieder. Wacht ‘ns even, die rekening klopt niet, die is veel te hoog. Je wilt ingrijpen en bellen. O, je vriendin appt. Je moet echt even terugschrijven, je hebt al te lang niks van je laten horen. Eigenlijk houden we onszelf voor het lapje. Je bent zo wel mooi druk bezig, namelijk. Ben je dat eerste uurtje van je dag of dat kwartier na je lunch druk-druk-druk geweest met uitstellen? Visualiseer dan wat er nu eigenlijk gebeurt. Je verschuift je aandacht, je drukt je klus naar de achtergrond en je vertraagt het hele proces. Waardoor je het steeds onaantrekkelijker voor jezelf maakt om er nog aan te beginnen. Bloed-irritant! Maak je daar even goed kwaad over. En dan ga je je NU je concentreren op die klus.
Je hebt een nieuwe leidinggevende. Een hele getalenteerde. Of hele strenge. En nu kun je gewoon niet aan de slag. Wat als deze opdracht niet goed uit de verf komt? Faalangst kan leiden tot vermijdgedrag. Nu kun je twee dingen doen. Optie Uitstellen betekent dat je je vaardigheden niet maximaal kunt inzetten, want je moet het last minute afmaken. Deze keuze geeft je ook meer tijd om te miezeren over hoe het mis kan gaan, wat de kans op slagen er ook al niet groter op maakt. Optie Gewoon Doen is beter: maak je een levendige voorstelling van wat er gebeurt als dit slaagt. Jij wordt een winnaar! Je komt in een positieve vibe, je voelt je rustiger en creatiever, wat de kans op slagen vergroot.
Je vindt dit een rotklus. Je hebt het echte getver-gevoel. Je ziet het belang er ook niet zo van in, je doet het om je baas/ de overheid het wil. En nu ben je niet vooruit te branden. Ja, dat is lastig. Zie de drive dan maar eens uit je tenen te halen. Probeer dit: speel een spel met jezelf. Leg een notitieboekje en een pen goed zichtbaar neer. Elke verleiding tot werk-ontwijking die je weerstaat, krabbel je op. Stel jezelf een beloning in het vooruitzicht. Als je je taak af hebt, bekijk je je lijstje. Goed gedaan toch? Breng je linkerhand naar je rechterschouder. Klop er even op. Je hebt nu winkeltijd, een restaurantbezoek of wat dan ook die spreekwoordelijke wortel was verdiend. Hup, die fiets op!