Judith (52): “Lijnen is onzin”

-

Judith (52) heeft een buikje, of hé, dat is te zacht uitgedrukt, zeg maar gerust: een buik. Nou en? Nooit heeft ze een dieet gevolgd en ze is ook zeker niet van plan om dat te gaan doen. Lijnen is onzin, vindt ze.

Als ik mijn dochters mag geloven, geldt er tegenwoordig een kontvereiste. Of liever gezegd, een kontmode. Je taille moet sinds jaar en dag door twee (mannen)handen omvat kunnen worden, je buik dient een platte plank te zijn, maar hé, je kont dient uit te steken als een bijzettafeltje (en je borsten ook). Mijn dochters, prille twintigers, hebben hier last van. Ze doen aan kontgroeibevorderende oefeningen, onderwijl naarstig calorieën tellend, want hun buik, o jee, o jee, hun buik, die moet juist heel dun zijn. Ik zie het met lede ogen aan en kan in alle eerlijkheid zeggen: van mij hebben ze het niet.

Nooit in mijn leven volgde ik een dieet, nimmer interesseerde ik me voor geklets over vetrollen en afslanken. Ik heb in mijn jonge jaren wel getobd hoor, een beetje, over mijn buikje, mijn gebrek aan heupen, mijn borstgrootte, van die dingen. Maar niet op een ervan-wakker-lig-manier, en dat doe ik nu nog steeds niet. Is dit een verdienste? Het lijkt me meer een kwestie van aanleg. Als ik onzeker was (of ben), wat zeker vroeger vaak voorkwam, richt dat zich op hoe ik doé, klink, overkom, meer dan op hoe ik eruitzie.

Zeker sinds vriendinnen en ik kinderen hebben, sinds een jaar of twintig dus, gaan gesprekken naar mijn zin veel te vaak over ‘moeten’ afvallen en hoe. Mijn meest dierbare vriendin volgde ooit een crashdieet dat haar eerst verschrikkelijk uit haar mooie, lieve mond deed stinken en haar daarna gevaarlijk ziek maakte. Een ander eet sinds een jaar geen suiker en boter meer, dat moet ze natuurlijk zelf weten, maar toevallig was zij nu net degene die net als ik hield van het maken van ouderwetse puddingen. Heel jammer.

Helemaal saai vind ik gesprekken waarbij men beurtelings zichzelf in de buik knijpt om oogrollend een vetrol of zij spek te laten zien, alsof het hier een fragment belangwekkend wereldleed betreft, onderwijl zuchten slakend. Kom op hé, is er werkelijks niets meer belangwekkend en boeiend om over te praten? Wat mezelf betreft: ik weet heus wel dat ik momenteel een beetje dik ben. Ik weet ook dat ik eerder, na mijn zwangerschappen en een tijd lang door het noodgedwongen gebruik van een medicijn, echt dik was. Het luchtte me op toen dat (vanzelf, door het herstel) voorbijging, dat wel, het zat me namelijk letterlijk in de weg, bij het aantrekken van schoenen. Maar ‘lelijk’ maakte het me toch niet, en er op focussen heb ik nooit gedaan.

Wie dunner wil worden, moet minder eten en dat volhouden, zo eenvoudig is het. Lees Het Dovemansorendieet van Maarten het Hart erop na, dan valt er ook nog iets te lachen. En stop met zeuren en jammeren over je lijn. Bedenk vooral ook dat ‘te dik’ eigenlijk niet bestaat. Het heeft alles te maken met proporties. Wie van nature stevige benen heeft, of, zoals ik, brede schouders, moet daar geen strijkplankachtige stukjes figuur boven dan wel onder willen plakken. Dat verstoort het beeld, dat staat alleen maar gek. Ik kook en bak graag -ja, met boter- en blijf dat doen. Het maakt me gelukkig. En stralend. Dus mooi. Een dikke kont heb ik niet, die zal er wel nooit komen, een buikje of nee, een buik, heb ik wel. Nou én.

gifgif
Judith Eiselin
Judith Eiselin
Judith Eiselin (51) leest sinds ze lezen kan en schrijft daarover in NRC Handelsblad. Behalve journalist is ze schrijver, vooral van kinderboeken, marktkoopvrouw en gepassioneerd paddenstoelenzoeker. Zij heeft meer dieren dan strikt noodzakelijk, vier katten, twee konijnen en een bejaard paard, en twee mooie grote dochters.

RECENTE ARTIKELEN