Ik ben 55 en trek me van niets of niemand meer iets aan

-

Er moet heel wat gebeuren voordat Juliette zich nog opwindt. Gewoon, omdat ze weet dat het toch niet helpt en het leven sowieso nooit loopt zoals gepland.

  1. Ik kan op reis met een klein tasje
    Het heeft me een half leven gekost waarin ik mijn halve leven in een koffer stopte als ik een weekje wegging, maar nu kan ik het. Nu ga ik vijf dagen naar Parijs met een piepklein rugtasje en verder lekker niks.
  2. Ik kan koken zonder recept
    Ik heb ingewikkelde kookboeken van voor tot achter bestudeerd, ik heb staan pielen met maatbekers en oventhermometers en de stad doorkruist met lange lijsten onvindbare ingrediënten, ik heb dingen laten aanbranden, ongare ovenschotels op tafel gezet en compleet oneetbare kerstdiners gemaakt – van laffe amuse tot veel te zoet dessert – en ik heb zoveel fouten gemaakt dat ik nu een beetje snap hoe het wél moet. Ik kook nu op gevoel, met een handjevol dit-of-dat en een scheut van zus-of-zo en af en toe prikken en proeven en improviseren. En het allerleukste: ik kan ’s avonds na een uitgelopen borrel bij een vriendin thuis zomaar iets koken met wat ze in huis heeft, ook als dat alleen maar drie eieren, één ui, vijf Melba-toastjes en 32 flessen wijn zijn.
  3. Ik wil niet in een woonblad wonen
    Ik houd best van mooie spullen, maar die heb ik dus al. Ik hoef er niet nog meer. En zeker niet elk jaar een nieuwe modekleur muur of kussentjes of designlamp, tenzij ik die heel toevallig prachtig vind. Ik heb precies het goeie leeslicht bij de lekkere stoel naast mijn volle boekenkast (zie je ook nooit in de bladen, volle boekenkasten. Of soms wel, maar dan hebben ze – o horror – de boeken op kleur gezet zodat je nooit meer een boek kan terugvinden.) En als ik eens een mooi kopje laat vallen, word ik niet meer hysterisch. Het zijn maar spullen, zeg. Daar heb ik er al veel te veel van.
  4. Ik hoef geen balletdanseres meer te worden, of topsporter of wonderkindpianiste
    Ik ben geworden wat ik ben geworden, ik weet wat ik kan. En ik weet dat ik misschien nog wel meer en anders kan, als ik dat zou willen. Daar is nog tijd genoeg voor: goed leren tekenen, of vierkantjes haken, of financieel wat wijzer worden, of vrijwilliger worden in het ziekenhuis, of de carrière nog even op een hoger plan brengen, want ik zal nog heel wat jaren werken. Of iets heel anders gaan doen. Maar alleen als ik dat zelf wil, en niet omdat het plaatje zo mooi is terwijl het eigenlijk niks voor mij is (een leuke bed & breakfast beginnen of een geinig winkeltje met tweedehands spullen waar je ook lekkere koffie kan drinken, of een huiskamerrestaurantje – daar ben ik veel te mensenschuw voor. Bovendien zal ik nooit aardig kunnen zijn tegen vervelende gasten. En ik wil elke dag om halftien naar bed want dan verander ik in een pompoen).
  5. Ik ga op de bonnefooi op reis
    TomTom uit, snelweg af, en lekker dwalen. En dus niet al weken van tevoren op Google Maps gaan zitten inzoomen op mijn vakantiebestemming. Ik zie wel. Het gewone leven is al voorspelbaar genoeg en het all-in-resort is eigenlijk net als thuis, maar dan met palmbomen en een zwembad vol medelanders. De leukste plekken op vakantie ben ik per ongeluk tegengekomen toen ik een willekeurige afslag nam. De wereld vergaat niet als je ’s ochtends nog niet weet waar je ’s avonds overnacht. Laat alles maar waaien.
  6. Ik herken een foute man van een kilometer afstand
    Leer mij ze kennen na al die jaren: de Bedrieger, de IJdele Jongen, de Onverantwoordelijke Flierefluiter, de Onverschillige Lul, de Ik-ben-liever bij-mijn-vrienden-macho… Inmiddels ken ik mijn pappenheimers. En toen ik op latere leeftijd mijn huidige man ontmoette, wist in no time dat hij de ware was.
  7. Ik heb geen miskopen meer in mijn klerenkast
    Ik heb in mijn leven zoveel kleren gekocht die in de winkel nog heel wat leken maar die ik thuis bij nader inzien toch niet mooi genoeg vond om ze uit de kast te trekken (er is iets mee, denk ik dan – zodra je die woorden denkt, kun je dat kledingstuk beter meteen naar de kringloop brengen), dat ik er een warenhuis mee had kunnen vullen. Nu laat ik me door geen enkele vriendin of moeder of winkelmeisje meer iets aansmeren, en kan ik in een winkel recht op dat ene jasje aflopen dat me mooi staat. Nee, niet die dure beeldschone beige jas, want beige staat me niet. En niet dat kekke vestje, want het heeft een hoge ronde hals en met een hoge ronde hals zie ik eruit als een legertank. Het heeft me kapitalen gekost, deze kledinglessen, maar ik heb ze onder de knie.
  8. Ik durf te vertrouwen op mijn ervaring
    Op YouTube is dat filmpje te vinden van de beroemde pianiste Maria João Pires, die in Amsterdam een lunchconcert gaf met het Concertgebouworkest onder leiding van Riccardo Chailly. Het orkest begon te spelen aan de lange intro, het zou even duren voordat Maria moest invallen. Je zag haar instorten en mimen naar de dirigent: ‘Ik heb het verkeerde Mozartconcert ingestudeerd!’ Chailly dirigeerde door en zei: ‘Je hebt dit concert eerder gespeeld, vorig jaar. Je kent het nog. Je kunt het spelen.’ En verdomd: ze concentreerde zich, viel op het juiste moment in en speelde een foutloos concert. Niet een dingetje van drie minuten, maar een heel concert! Nou, ik ben Maria João Pires niet, helaas (geen wonderpianokind geworden), maar wij vijftigers zijn haar toch allemaal een beetje wél: we hebben een heleboel in onze vingers. We hebben improvisatievermogen en de zekerheid dat we dingen goed kunnen en dat we het wel redden als de dingen anders lopen dan gepland. Laat ons maar in het diepe springen. Wij kunnen zwemmen.

Lees ook: 50 levenslessen van leuke 50+ vrouwen

 NIEUW: SAAR CURSUSSEN Hey! Wist je dat we nu ook cursussen hebben? Niet van die niemendalletjes gemaakt door jonge meiden, maar stevige en slimme online trainingen gemaakt door en voor 50+ vrouwen. Kijk hier voor ons nieuwe cursusaanbod.

NU MET 15% INTRODUCTIEKORTING (gebruik bij het afrekenen de code: introductiekorting)

gifgif
Juliette Berkhout
Juliette Berkhout
Juliette Berkhout (55) is laatbloeier van beroep. Ze kreeg haar eerste vriendje pas ná de middelbare school, begon pas na haar studie voorzichtig te schrijven en werd pas echt gelukkig toen ze twee weken voor haar veertigste verjaardag haar tweede man ontmoette. Heeft nu dus haast om de rest van het leven zo veel mogelijk te omarmen. Motto: het leven is te kort voor vieze diëten, de sportschool en saaie jurkjes.

RECENTE ARTIKELEN