‘Toen heb ik gezegd: steken jullie die erfenis maar in je reet’

-

Celeste (57) heeft jarenlang voor haar moeder gezorgd, ook toen het steeds slechter met haar ging. Op het moment dat haar moeder overleed, doken haar broer en zus ineens op. ‘Jarenlang reageerden ze amper op mijn mails en telefoontjes, en nu waren ze er ineens als de kippen bij’

‘Mijn moeder is vorig jaar overleden. Ze was dement, en woonde het laatste jaar in een verzorgingstehuis. Dat was wel een opluchting, want daarvoor woonde ze nog thuis, en dat leverde vooral op het einde veel zorgen op. Ze vergat constant dingen, wist niet meer hoe ze moest koken, en raakte constant álles kwijt. Ze had thuishulp, maar ik ging toch bijna elke dag wel even langs om haar te helpen. Ik woonde op fietsafstand bij haar vandaag, dat maakte het eenvoudiger.

Ik heb een broer en een zus. Zij wonen allebei op ongeveer een half uur rijden hiervandaan. Zij waren vanaf het begin af aan minder betrokken bij de ziekte van onze moeder. Ze hebben allebei nog thuiswonende kinderen, en waren druk met werk. Ze gingen af en toe langs, soms met hun kinderen. Maar dat waren echt bezoekjes. Koffie drinken, beetje kletsen, en dan gingen ze weer. Als ik dan ’s avonds bij mijn moeder langsging, stonden hun kopjes nog op tafel. Ze wist niet meer hoe de vaatwasser werkte, dus die zette ik dan voor haar aan.

Ik vond het helemaal niet erg om mijn moeder te helpen met koken, boodschappen doen, wassen, het huishouden, etc. Maar ik had het eerlijker gevonden als we de zorg meer hadden gedeeld. Ik appte en mailde mijn broer en zus regelmatig verslagen van hoe het met mama ging en wat zij vonden dat we moesten doen, maar ik kreeg weinig respons. Ze gingen er volgens mij vanuit dat ik het wel zou regelen. Ik woonde er het dichtst bij, en zag mama het vaakst, dus ik moest het maar beslissen. Uiteindelijk heb ik in mijn eentje besloten dat ze beter naar een verzorgingstehuis kon, waar ze dagelijkse hulp kon krijgen.

Toen mijn moeder overleed vond ik dat heel verdrietig, maar ik had er ook wel vrede mee. Ze kon op het einde nog zo weinig zelf, dat het ergens ook een opluchting was dat ze niet verder hoefde af te takelen. Ik was blij dat er eindelijk rust was. Nou, dat bleek een misrekening.

Mijn broer en zus, van wie ik al die tijd weinig had gehoord, waren er ineens als de kippen bij. Hoe zat het eigenlijk met de erfenis? Mama had toch een spaarpotje? En wat was er eigenlijk gebeurd met haar spullen, toen ze verhuisd was van haar eigen huis naar het verzorgingshuis. Ik deed de laatste jaren mama’s administratie, en had toegang tot haar bankrekening. Ik heb mijn broer en zus natuurlijk inzicht gegeven in alle documenten. Daar hadden zij ook recht op, vond ik.

Ergens had ik misschien gehoopt dat ze me zouden bedanken. Dat is alles op orde had gebracht, bijvoorbeeld. In plaats daarvan kwamen kritische vragen. Waarom was het verzorgingshuis dat ik had uitgezocht voor mama zo duur? Volgens mij zus had ik de maandelijkse kosten daarvan met hen moeten overleggen. Dat was nu allemaal van het bedrag afgegaan wat er overbleef als erfenis. En trouwens, ik had al die tijd boodschappen gedaan voor mama. Had ik daar eigenlijk de bonnetjes van bewaard…?

Dat was voor mij de druppel. Al die jaren had ik me ontfermd over onze moeder, zonder enige hulp van hen, en nu wilden ze met mij in discussie over een paar luizige euros. Ik heb alle papieren in een envelop gestopt, samen met de sleutel van de opslag waar mama’s spullen staan, en naar ze opgestuurd met de boodschap dat zij de erfenis verder uit mogen zoeken. Als dat betekent dat ik niks krijg, dan is het maar zo. Wat mij betreft steken ze die erfenis ergens waar het daglicht niet komt. Ik wil er niks meer mee te maken hebben.

Ik vind het jammer dat het tussen mij en mijn broer en zus zo is gelopen, maar die erfenis kan me niet zo veel schelen. Mijn moeder was niet rijk, en bovendien gaat het me daar niet om. Ik ben blij dat ik de laatste jaren nog zo veel tijd met haar heb kunnen doorbrengen, en haar heb kunnen helpen. Dat is voor mij veel waardevoller, en iets wat mijn broer en zus nooit kunnen terugkrijgen.

Lees ook: Ik ben niet langer zijn minnares, maar zijn mantelzorger

NIEUW: SAAR CURSUSSEN Hey! Wist je dat we nu ook cursussen hebben? Niet van die niemendalletjes gemaakt door jonge meiden, maar stevige en slimme online trainingen gemaakt door en voor 50+ vrouwen. Kijk hier voor ons nieuwe cursusaanbod.

Redactie
Redactie
De redactie van Saar bestaat uit een heel professioneel en toch gezellige groep van vrouwen rond de 50 & 60, plus een paar superleuke meiden van rond de 30 die wel alles weten van de nieuwste trends, techniek & social (en trouwens zo langzamerhand ook (bijna) alles van 50+ zijn).

RECENTE ARTIKELEN