Petra (54): “Verliefd op een ander, ik lijk wel gek”

-

Petra (54) is al meer dan twintig jaar samen met haar man. En nu is ze tot over haar oren verliefd op een collega. ‘Ik had het van mezelf niet verwacht, maar het was sterker dan ik.’

“Mijn man, hoe moet ik hem omschrijven? Ken je die oude stoel, je hebt hem al jaren, hij zit fijn, vertrouwd, een beetje doorgezakt misschien, maar hij hoort bij je en ook al staat hij misschien niet meer bij je vernieuwde interieur, je doet hem niet weg. Gewoon, omdat je hem al zo lang hebt. Die stoel, dat is mijn man. Die een rolberoerte zou krijgen als hij wist dat ik hem zo omschrijf. Of niet, want dat zou erg veel reactie en emotie zijn voor iemand als hij. Ben je positief, dan omschrijf je hem als de stabiele factor. Ben je al meer dan twintig jaar met hem, dan zou je zeggen dat het ook weleens leuk zou zijn als hij meer in huis bleek te hebben dan ‘ja’, ‘hm’ en ‘zo’. Ik hoor tot die laatste groep.

Zoenen met een collega

Van Ben hoeft het allemaal niet zo. Geef hem zijn natje, zijn droogje en hij houdt zich koest. Hij vertrekt naar zijn werk, komt ’s middags thuis, trekt zijn sloffen aan, drinkt zijn biertje, ploft voor de tv en om elf uur gaat hij naar bed. Elke dag. Behalve in het weekend, dan gaat hij vissen. Hij leidt het leven van een tachtigjarige, terwijl hij pas negenenvijftig is.
Het was natuurlijk helemaal niet de bedoeling dat ik verliefd zou worden op Hein. Halló, ik ben getrouwd. En Hein is al jaren mijn collega, en bovendien ook getrouwd. Maar toen was er die bedrijfsborrel. Hein zat moeilijk in zijn huwelijk, dat wist ik wel. Mijn eigen relatie was niet anders dan anders. Hein deed moeite voor me en zo makkelijk ging ik dus om. Ik had het van mezelf niet verwacht, maar het was sterker dan ik. En oké, drie wijn deed de rest. We zoenden op de rookplek achter het kantoor, giechelend als twee pubers.

Spijt van vreemdgaan

De volgende dag had ik dolle spijt. Wat had ik mijn man aangedaan? Ik, die altijd zo anti-vreemdgaan is. Hein appte dat hij de hele tijd aan me dacht, ik stuurde meteen terug dat het een fout was, dat het niet had mogen gebeuren. Hij begreep het, schreef hij en inderdaad, sindsdien laat hij me met rust, al zes weken lang. Maar ik knal bijna uit elkaar van verliefdheid. Ik lijk wel gek. Ik kan amper nog werken – god, wat was die eerste dag op kantoor ongemakkelijk –, ben zes kilo afgevallen (wat ironisch genoeg iedereen ziet behalve mijn man) en wil Hein. Via-via hoor ik dat zijn huwelijk op springen staat. Ik durf niet voor mezelf in te staan als hij straks vrijgezel en tegelijkertijd denk ik: Peet, doe normaal. Gooi niet weg wat je hebt, je hebt geen idee waarvoor. Maar aan de andere kant, nog zoveel jaar doorbrengen als een bejaarde, ik stik al bij het idee. Eigenlijk hoop ik dat Ben op een dag ineens een ander blijkt te hebben, dan hoef ik de keuze niet te maken. Laf, ik weet het. En ook niet realistisch. Tenzij je zo iemand bij het vissen opdoet.”

LEES OOK: Esmé voedt in haar eentje haar puberzoon op 

gifgif

RECENTE ARTIKELEN