Mijn vriendin is nog geen zestig en toch heeft ze al Alzheimer

-

Een vriendin van Yolan is nog geen zestig en heeft twee studerende kinderen. Toen ze steeds vreemder en warriger ging doen, liet ze zich toch maar eens onderzoeken.

‘De diagnose is trouwens gesteld’, zegt studievriendin als we net aan de wijn met vieze Japanse borrelnootjes zitten. (Goed voor de lijn, oké, maar ze gewoon laten liggen is vast nog beter). Heel even kijk ik haar vissig aan en dan schiet me ineens te binnen wat er aan de hand is. Haar jeugdvriendinnetje Emma werd de laatste tijd zo warrig in haar gedrag, dat ze zich op aanraden van haar hele omgeving maar eens heeft laten onderzoeken. ‘En?’ ‘Inderdaad, Alzheimer’, zegt ze, alsof ze er al een beetje in heeft berust en ze kijkt me recht aan. ‘Jezus.’ Ik zwijg beduusd. We zijn nog helemaal geen zestig, Emma ook niet, ze is gescheiden en haar twee kinderen studeren nog. Hoe kan zoiets?

Als ik vriendin aankijk, zie ik nog precies dezelfde vrouw als ik ontmoette op onze eerste dag bij de studie Nederlands, 35 jaar geleden alweer. Ik vond haar grappig, met haar olijke ogen en Haagse accent, en we werden vriendinnen. We studeerden samen Nederlands, spijbelden, spiekten bij elkaar, hingen in de kroeg, scholden op docenten en bespraken onze kinderwens. We trouwden allebei, kregen kinderen, bespraken mijn scheiding, zagen mijn kinderen het huis uitgaan en de hare nog niet, en we werden ouder. Rimpels dienden zich aan, haren werden dunner en grijzer, spieren slapper, buiken dikker, kleren verhullender, maar we kijken er dwars doorheen, zien het niet. Wat bleef is de humor, we bespotten nog altijd de hele wereld en kunnen samen onbedaarlijk lachen.

Maar nu hebben we tranen in onze ogen. Emma dement, dat klopt gewoon niet. ‘Ze was natuurlijk altijd al ontzettend chaotisch’, glimlacht vriendin, alsof dat een verklaring is, en liefdevol erachteraan: ‘altijd al een beetje gek, die Emma.’ Ik stel me mijn jongste dochter voor, net zo oud als die van Emma. Hoe zou die van mij zulk nieuws verwerken? Je staat op eigen benen en bent bezig je leven vorm te geven en weet je moeder altijd op de achtergrond. Die is geïnteresseerd in wat je ook doet, zal je altijd van gewenst en ongewenst advies voorzien, zal je steunen. Maar dat geldt niet meer voor Emma’s dochter; daar zullen de rollen binnenkort omgekeerd liggen. Ik slik. ‘Wat verschrikkelijk’, stamel ik nog maar eens, ‘En nu?’

Ik weet niet wat ik me erbij moet voorstellen, bij een demente Emma, ik kan het me eenvoudigweg niet voorstellen. Het hoort gewoon niet zo. Eerst moeten we allemaal nog oma worden en dan, als de kleinkinderen alweer het huis uitgaan, worden we met z’n allen langzaam vergeetachtig en misschien ook een beetje lijp. Maar nu al? Door vriendin ken ik Emma nu ook al minstens dertig jaar, ze hoort er op elk feestje bij. Nog niet zo lang geleden zaten we samen te praten over mijn moeder. Ik vertelde hoe ik mijn uiterste best deed haar mijn kant op te krijgen, waarop ze lachte: ‘Joh wees blij dat ze ver weg woont, lekker laten zitten daar. Als je ver weg woont, kan niemand je dwingen tot mantelzorg; weet je hoe erg dat is, als je je elke dag verplicht voelt om bij je demente moeder langs te gaan?’ Ze sprak uit ervaring.

Ik zorg wel voor haar’, glimlacht vriendin en ze knikt erbij, ter bevestiging.
En ik weet dat het zo zal zijn.

 

Lees ook: Loes Luca: “mijn moeder is zo dement als een ui”

gifgif

RECENTE ARTIKELEN