In je eentje naar India: ‘Het is wel de bedoeling dat ik levend thuiskom’

-

Voor spijt is het te laat. Edith kan de haren uit haar hoofd trekken, de douane op Schiphol op de knieën smeken haar vooral niet door te laten, gillen dat ze niet in het vliegtuig stapt. Maar dat doet ze niet, want haar besluit staat vast: ze gaat in haar eentje naar India.

Stijf van de reisstress stap ik het vliegtuig in, maar eenmaal vastgesnoerd in mijn stoel wordt het stil in mijn hoofd. Ik ga op de overlevingsstand. Oké, ik hoef het niet noodzakelijkerwijs leuk te hebben – liever wel natuurlijk – maar ik moet wel zien dat ik over drie weken weer levend in het vliegtuig naar huis zit.

Ik ga een aantal dingen doen:

  1. Ik blijf onder alle omstandigheden rustig.
  2. Ik ben en blijf vriendelijk tegen iedereen en dan bedoel ik ook iedereen
  3. Ik doe alles slow motion ook als dat betekent dat ik daardoor altijd de laatste ben.

Gewoonlijk vergt dit alles bovenmenselijke inspanningen van me, maar dit zijn buitengewone omstandigheden die om extreme maatregelen vragen. En het lukt. Het lukt! Ik ben de laatste van onze vlucht die midden in de nacht vliegveld Mumbai verlaat. Twee keer sta ik in de verkeerde rij voor de douane. In de goede rij luister ik geduldig naar een Australiër die nog voordat hij het land officieel in is, zegt dat India hem verschrikkelijk frustreert. Wel hoopt hij dat een Indiase tandarts zijn gebit gaat vervangen. Daarbij  lacht hij een  grauw tandenkerkhof bloot waarin al twee spierwitte neptanden trots overeind staan.

Ik sta zonder mopperen in een lange rij voor het bestellen van een vooraf te betalen taxi. Eindelijk aan de beurt kan ik niet met een creditcard betalen en word ik naar een andere rij gestuurd voor roepies. Daarna sluit ik weer aan in de rij voor de taxi die er niet korter op is geworden. Ik geef nog steeds geen krimp als ik diep in de nacht met een Hindi sprekende taxichauffeur midden op de weg stilsta. Hij heeft net zoals ik geen flauw idee waar mijn B&B is. In mijn hoofd spelen zich de vreselijkste taferelen af, maar ik blijf kalm en uiteindelijk komt het allemaal goed.

Ik slaap op een te hard matras, eet wit brood dat naar karton smaakt, betaal overal te veel, drink lassi (yoghurt) die zo zout is dat er een lepel in overeind kan staan, laat me overhalen tot een citytour met een gids, ik vergaap me aan de mooie gebouwen, laat me bij de Gate van India fotograferen door Indiase dagjesmensen die selfies met mij willen omdat ik zo wit ben en ik blijf een toonbeeld van geduld en vriendelijkheid. In de middag van dag twee dreig ik in het museum door mijn hoeven te gaan van vermoeidheid. Ik kan niet meer. Ik ben ineens verkouden en ja, ik heb ook diarree. Maar ik heb wel het gevoel dat ik tot in al mijn vezels leef!

India vervloekend stort ik me op bed en grijp ik naar mijn telefoon om het thuisfront in te schakelen. Dankzij de Indiase simkaart die ik heb gekocht, kan dat gewoon. De tijd dat ik met de Lonely Planet in de hand door de wereld zwierf zonder dat iemand ook maar een idee had waar ik rondhing zijn definitief voorbij. Stukken minder avontuurlijk, maar voor de 50+ backpacker wel zo comfortabel.

Lees ook: 50+ vrouw gaat in haar eentje naar India – hoe dapper is dat

gifgif
Redactie
Redactie
De redactie van Saar bestaat uit een heel professioneel en toch gezellige groep van vrouwen rond de 50 & 60, plus een paar superleuke meiden van rond de 30 die wel alles weten van de nieuwste trends, techniek & social (en trouwens zo langzamerhand ook (bijna) alles van 50+ zijn).

RECENTE ARTIKELEN