Daten? Prima. Een lover die eens een nachtje blijft slapen? Dat kan Diane (56) ook nog wel hebben. Maar samenwonen, daar moet ze sinds haar scheiding echt niet meer aan denken: ‘Voor je het weet zit hij gezellig met jouw kat op schoot terwijl jij koffie voor hem haalt.’
“Ongeveer drieëntwintig jaar heb ik gezorgd voor mijn man, de kinderen, meerdere huisdieren, het huis en de tuin, in combinatie met een parttime baan. Mijn man was kostwinner, het was ‘logisch’ dat ik minder ging werken toen er kinderen kwamen. Parttime gaan werken is echt het stomste wat ik ooit heb gedaan, want daarmee gaf ik hem een excuus om amper een poot uit te steken. Hij was vreselijk verwend door zijn moeder en goed beschouwd heb ik gewoon alle shit van haar overgenomen.
Ik hou van mijn kinderen, maar moeder zijn is niet het dankbaarste beroep. Ik heb niet het martelaarsgen dat je ‘Maar je krijgt er zoveel voor terug’ laat zeggen. Voor mij voelde het vooral als een eindeloze cirkel van opruimen, regelen, dingen voor anderen herinneren, vaatwassers en wasmachines aanzetten én leegruimen, troosten, opbeuren, motiveren, uitfoeteren en hopen dat ze geen foute vrienden zouden maken. En dit per kind toch minimaal achttien jaar lang, zonder salaris, promotie, vakantiedagen of assistentie, want mijn man vond dat hij al genoeg deed door het geld binnen te brengen vanuit zijn positie kon ik dat nog wel begrijpen ook.
Twee jaar terug zijn we gescheiden. Hij was gevallen voor een jongere vrouw, ik was stiekem opgelucht dat ik van hem af kon zonder als kwaaie pier uit de strijd te komen. Hij voelde zich bovendien schuldig omdat hij me had bedonderd en heeft dat schuldgevoel ruimhartig afgekocht, daar had ik mazzel mee.
Financieel kon ik zo in mijn eentje een doorstart maken en aangezien ze op mijn werk zaten te springen om extra handjes kon ik vrijwel meteen fulltime aan het werk, zodat ik eindelijk een fatsoenlijk salaris verdiende. Ik heb even tijdelijk iets gehuurd en kon daarna een appartementje in de stad huren. Niet groot, maar betaalbaar en vijf minuten fietsen van mijn werk. Het filmhuis is drie minuten lopen, de Turkse bakker ook. ’s Avonds is er soms wat uitgaansrumoer, maar dat hoort bij leven in de stad.
Ik ben er heel, heel gelukkig. Mijn ex had nogal een chique smaak, hij zag het liefst alles in neutrale kleuren met chroom. Het eerste wat ik heb gedaan is een muur appeltjesgroen verven. Paarse kussens en zilveren accenten – heerlijk. Het interieur is een mengelmoes van krijgertjes, Ikea en de Kringloopwinkel en het is helemaal van mij. Ik voel me er thuis, het is mijn plekje en niemand zeikt over de kattenharen op de bank.
Dat wil ik graag zo houden, vandaar dat ik mijn relaties aan de luchtige kant hou. Ik swipe, ik date, ik chat. Maar ik wil nooit meer samenwonen. Want elke vrouw weet wat er dan gebeurt: je gaat het toch gezellig voor hem maken, je gaat toch weer zorgen en verwennen en voor je het weet zit hij gezellig met jouw kat op schoot terwijl jij koffie voor hem haalt.
Dat dus nooit meer. Ik heb geen bezwaar tegen daten, leukerds mogen ook best een nachtje blijven slapen (liever niet, maar ik wil ook weer niet al te bot zijn), maar er wordt niet samengewoond. Sterker nog, ik wil zijn tandenborstel niet in mijn badkamertje aantreffen. Die gaat na afloop gewoon netjes in zijn tas mee naar zijn huis.
Ik ben me ervan bewust dat ik in mijn derde helft zit. Ik heb genoeg geredderd en gediend, mijn leven is nu helemaal van mij en ík bepaal wie ik erin toelaat en wie niet. Ik ga niet meer zorgen voor een man (afgezien van kater Jacques). Ik wil nooit meer trouwen en ik wil ook nooit mee samenwonen. De rust, de vrijheid en de privacy die ik nu heb, daar kan gewoon geen grote liefde tegenop.”
Nooit meer iets missen?
Schrijf je in voor de nieuwsbrief en je krijgt wekelijks een verzameling van de beste stukken, updates over de podcast en de beste aanbiedingen van Saar in je mailbox!