Ik wil niet online daten, ik wil gewoon een man in het wild tegenkomen

Na weer een weekend lethargisch op de bank hangen, bingewatchen, een zak chips leegvreten, een nieuw merk ijs uitproberen en heel lang uitslapen omdat de dag dan niet zo lang duurt, komt Edith tot de slotsom dat ze maar weer moet gaan daten.

Ik haat daten. Zit ik weer met een vent in de kroeg, die op internet veel leuker lijkt dan hij is. Hij vertelt mij alles over mislukte huwelijken, pijnlijke scheidingen, puberende kinderen – van die zaken waar ik helemaal geen verstand heb. Hij licht zijn hele doopceel, wat hem blijkbaar het gevoel geeft dat hij me mag zoenen als we buitenstaan. Als ik dat niet wil, wil hij me naar huis brengen en als ik dat ook niet wil, zegt hij dat hij me beter wil leren kennen, wat ik moeilijk kan weigeren zonder al te bot over te komen. Dus zeg ik niks en stort hij de volgende dagen een vrachtlading appjes over me uit, die op zich heel aardig zijn, net zoals de berichtjes die hij me via de datingsite stuurde.

Misschien, ja vooruit, moet ik hem toch nog een kans geven. Beneveld door de wijn (anders kan ik zo’n date helemaal niet aan) laat ik me eenmaal buiten toch verleiden tot een zoenpartij. Het doet me niks, dat zoenen, en was ik nog niet overtuigd, dan weet ik nu definitief dat het niks gaat worden tussen ons. Dat durf ik hem niet meteen te vertellen. Dat ik niet met hem mee wil, interpreteert hij als een hard to get-actie van mij. Na een nieuw bombardement van attenties van zijn kant, komt onvermijdelijk het punt dat ik hem moet vertellen dat de vonk niet overslaat.

Waarom niet?’, vraagt hij. Ik antwoord dat ik niet verliefd op hem ben. ‘Is dat dan nodig?’ vraagt hij. ‘Als jij me aardig vindt, komt de liefde vanzelf wel.’ ‘Nee’, zeg ik. ‘Die komt niet.’ En dan is hij beledigd. Zo beledigd dat hij me nog een tijdje berichten blijft sturen die steeds agressiever worden: ik sta niet open voor de liefde, ik ben veel te kritisch, ik vond het zoenen toch lekker, wat is er in vredesnaam met mij aan de hand dat ik hem niet wil en het is geen wonder dat ik nooit aan de man kom en dat ik mijn leven slijt in eenzaamheid.

En nu zit ik dus lethargisch op de bank en wil ik bij nader inzien toch niet meer daten. Ik wil een man in het wild tegenkomen, in de trein, een restaurant, een winkel, de bibliotheek, een man bij wie de vonk meteen overslaat, precies zoals je dat in boeken leest en in films ziet.

Ik lijd aan het Hollywood-syndroom, zegt een vriendin. En daarom zet ik Netflix maar weer aan.

 

Redactie
Redactie
De redactie van Saar bestaat uit een heel professioneel en toch gezellige groep van vrouwen rond de 50 & 60, plus een paar superleuke meiden van rond de 30 die wel alles weten van de nieuwste trends, techniek & social (en trouwens zo langzamerhand ook (bijna) alles van 50+ zijn).