Er zijn van die vrouwen die nooit shoppen. Die vinden: je bent echt gek als je dat doet.
- Ik shop nooit. Zinloos tijdverdrijf.
- Dat heb ik van mijn moeder.
- Wij lopen tegen dingen aan.
- Tegen lekkere warme jassen die eigenlijk een maatje te klein zijn maar hé? Helft van de prijs.
- Tegen schoenen die buiten in een rek staan en die ik ineens héél erg nodig blijk te hebben.
- Ook raar. Als ik tandpasta nodig heb en naar een drogisterij ga dan loop ik ineens tegen mascara aan: drie halen één betalen aan.
- En als ik in een winkelstraat loop, zie ik ineens een beeldschone jurk die 70% is afgeprijsd.
- Voor dat geld pas ik hem geeneens.
- Die hangt nu gezellig in mijn kast.
- Naast heel veel andere kledingstukken.
- En dan vraagt JP of ik iets nieuws aan heb en dan zeg ik: ‘Nee joh. Heb ik al heel lang.’
- Dat is geen liegen, hoor.
- Mijn moeder deed dat ook, dus dan mag het.
- Mijn beste vriendinnen werken bij Ici Paris en Douglas.
- Die begrijpen tenminste dat als ik om B-cream kom óók de nieuwste Lancôme-lipstick behoef.
- Ik krijg er altijd cadeautjes bij. Gratis. En korting op mijn volgende aankoop.
- De dag erna heb ik behoefte aan korting.
- Je moet een gegeven paard namelijk niet in de bek kijken.
- Als het bij H&M uitverkoop is en het zwart ziet van de mensen dan loop ik lekker door.
- En weer terug.
- Wat pakken vrouwen toch stomme dingen als het in de uitverkoop is.
- Zo’n wijde bloemetjesbroek voor € 11 is geen geld.
- Wordt vast ooit weer helemaal in.
- Witte overhemden – daar kun je nooit genoeg van hebben.
- Een witte getailleerde.
- Een hele lange wijde.
- Een zwarte met een strikje.
- Die kan gezellig náást die andere zwarte met een strikje in mijn kast.
- Ik koop ook nooit lingerie.
- Maar als er nog een setje in mijn maat is, belandt dat in mijn mandje. Dat snapt iedereen.
- Niemand heeft achttien spijkerbroeken nodig.
- Maar ja. Die ene high waist van Levis die ik tien jaar geleden weggooide mis ik ineens héél erg.
- En tja, dat ik er dan toevallig tegenaan loop op een druilerige dinsdagmiddag?
- Mijn vette cowboylaarzen uit Italië draag ik nooit meer.
- Niets uit mijn kledingkast past daarbij.
- Zo zónde.
- Dat vest in de etalage matcht bijzonder goed met cowboylaarzen, zie ik.
- En dat jurkje van spijkerstof helemaal.
- Goeie armband erbij.
- Ook grappig. Er liggen keigave armbanden bij de kassa.
- Ik shop nooit. Nooit. Zo zinloos.
LEES OOK Onmisbaar lijstje als je online gaat shoppen
