Zita (52) ziet met gierende zenuwen dat haar zoon niets, maar dan ook niets doet wat er wordt geadviseerd om goed de examentijd door te komen. ‘Met een energiedrankje naar bed, hoe verzint hij het?’
“Het is niet dat we er niet op voorbereid waren, natuurlijk. Het hele laatste jaar staat zo’n beetje in het teken van de eindexamens. Maar op het laatste moment kreeg ik toch de kriebels. Hij had de eerste dag wiskunde A en B, nou niet echt zijn favorieten.
Dus ondanks mijn goede voornemens om hem vooral met rust te laten, ging ik toch redderen met een banaan en aardbeien en stomme vragen stellen als: ‘Wat zegt je gevoel?’ en ‘Wil je misschien nog wat proefopdrachten maken?’
Dat wilde hij niet, hij wilde vooral dat ik uit zijn zicht zou verdwijnen. Rusteloos liep ik rond en googelde wat voor eten eens goed is voor de hersenen en het concentratievermogen. Ik kwam uit bij vis (lust ie niet), avocado (alleen onder dwang) en noten en zaden (‘Ik ben toch geen papegaai?’).
Zijn manier van zijn hersenen voeden was zwijgen naar de koelkast lopen om er een koud blikje felgekleurde energiedrank uit te trekken. Er ging ook een halve zak paprikachips mee naar boven. Ik had er graag een preek over willen geven, maar ik dacht: laat hem maar, hij doet het op zijn manier.
Die avond hebben we hem niet gezien. Hij zat met zijn neus in de boeken en zijn laptop, iets waar hij vermoedelijk beter een paar maanden eerder mee was begonnen, maar timemanagement is niet zijn beste kant. Er moest ook worden gegamed en gechill’t met zijn vrienden en dan was er ook nog een meisje in beeld gekomen, waar aardig wat tijd in was gaan zitten.
En je kunt duizend keer tegen een bijna zeventienjarige zeggen dat ie misschien een schema zou moeten maken, vooruit zou kunnen werken, alvast zou kunnen gaan oefenen voor het examen, het gaat het ene oor in en het andere uit. Gamen kan ie geconcentreerd twee uur volhouden, voor een gesprek met zijn moedertje is twintig seconden aandacht al veel.
Intussen leek ik meer stress te hebben van zijn eindexamens dan hij. Vooral omdat hij energiedrankjes als slaapmutsje dronk en ik tot diep in de nacht licht zag op zijn slaapkamer. Ja, ik was ook wakker. En dat zonder Red Bull.
Ik bleef mezelf verwijten te maken terwijl hij zat te blokken. Dat ik er niet meer bovenop had gezeten. Rust, Reinheid en Regelmaat had ik moeten opleggen vanaf november. Elke avond op tijd naar bed, elke dag gezond eten en diepe kniebuigingen. Om in topconditie te komen voor deze eindspurt op de middelbare school. Ik had Gefaald als moeder, zoveel was duidelijk.
Het overviel me ook, het idee dat zijn schooltijd over enkele weken vermoedelijk / hopelijk voorbij zou zijn. Ik vond het al zo’n overgang van de basisschool naar de middelbare, maar daar kwamen mijn man en ik toch nog wel eens, zodat we enig idee hadden van hoe het er daar uitzag en wat hij er uitspookte.
Ik geloof niet dat vervolgopleidingen erg open staan voor nieuwsgierige, bemoeizuchtige betrokken ouders. Zou hij slagen, dan stapte hij een nieuw, eigen leven in, waarbij van ons collegegeld werd verwacht en verder niet al te veel meer. Dus dit was het, dit waren de laatste dagen met de school als de structuur waar alles om draaide.
Zijn vriendengroep zou onherroepelijk uitwaaieren, de stinkende, altijd hongerige schatten van knullen die al over de vloer kwamen als jochies en inmiddels allemaal een zware stem hebben en twee meter lang zijn. Ze stinken nu naar teveel Axe en eten nog altijd een brood bij wijze van lunch.
Weemoed. Nu al. Ik las dat amandelen goed zijn voor de concentratie en maalde een handje fijn dat ik door een ontbijtfrittata mengde, waar hij een kwart van verzwolg voor hij weer naar boven ging. Het was een futiel gebaar, maar ik wilde zo graag íets doen, nu hij er helemaal alleen voorstaat, op de drempel van een nieuwe fase. Of maak ik het groter dan het is?
Ik heb me op zijn eerste examendag ingehouden op één lief succes-appje na en de hele middag verzenuwd op mijn werk gezeten terwijl hij zwoegde op wiskunde A en B. Niet geappt, niet gestalkt, hem niet meteen op zijn nek gesprongen toen ik thuiskwam.
Hij zat aan tafel met iets wat ‘Monster’ heet en een of andere magnetronsnack waar ik normaal gesproken over zou foeteren. Maar ik liet het gaan. Niet het belangrijkste op dit moment. ‘Hoe ging het?’ Het floepte er toch uit.
Hij bromde iets terug, maar zag er niet ontevreden of ongelukkig uit, wat me een goed teken lijkt. Daarna verdween hij weer naar boven, om te blokken op het volgende vak. Het worden twee zware weken, zoveel is duidelijk. Ik ga zo toch maar een schaaltje snoepgroente op zijn bureau zetten.
Nooit meer iets missen?
Schrijf je in voor de nieuwsbrief en je krijgt wekelijks een verzameling van de beste stukken, updates over de podcast en de beste aanbiedingen van Saar in je mailbox!