Ik droom van een tiny house zodat ik lekker kan ontspullen

-

Juliette wil ook een tiny house. Zo’n lief, piepklein huisje dat je overal neer kunt zetten en waar je de hele dagen muurtjes verft en het altijd keurig netjes is.

Regelmatig ben ik op internet op cabinporn.com te vinden. Of ik google tiny house en droom weg. Pipowagentjes, piepkleine tuinhuisjes die eruit zien als roze speelgoedcottages, of juist strakke architectuur in miniformaat: ik kan er geen genoeg van krijgen. Bij het kijken naar foto’s van tiny houses maakt mijn hart kleine sprongetjes. Dat wil ik ook!

Jammer van die paar dingetjes waarover tiny-housers jubelen maar toch een beetje tegenvallen

  1. De trap naar het bed dat nog net onder het dak past is ook een handige boekenkast!
    (Maar er passen nauwelijks boeken in. En ik houd zo ontzettend van mijn grote volle boekenkast.)
  2. Wat een overzichtelijke kasten met alleen het hoognodige!
    (Je mag ieder één koffiemok. Bezoek moet z’n eigen beker meenemen.)
  3. Die interieurtjes zien er best wel ruim uit!
    (Met een groothoeklens. En de foto’s van die tiny houses zijn altijd zonder mensen erin. Want anders zie je meteen helemaal niks meer van het interieur, dat plotseling helemaal gevuld is met mens.)
  4. In zo’n huisje kun je lekker creatief zijn!
    (O ja, waar dan? Waar laat je je verfdoos? En je schildersezel? En je schaar en je papier en je inktpotjes? En dat schilderijtje dat je maakt, daar is al helemaal geen plek voor. Schrijven, op een laptop, op een piepklein uitklaptafeltje, dat kan. Maar die moet meteen van tafel als je daar een boterham wilt eten.)
  5. Ik krijg vast een heel ander sociaal leven, als ik niet de hele tijd met spullen bezig ben!
    (Ja. Maar je vrienden kunnen niet op bezoek komen. Want dat past niet.)
  6. Het is zo lekker opgeruimd!
    (Eén snipper papier op de verkeerde plek en het is een bende in huis. Dus je bent ALTIJD aan het opruimen.)
  7. Ik zou helemaal ontspuld zijn, heerlijk!
    (In de klerenkast past één trui, één T-shirt, één rokje, één panty, twee onderbroeken, en één jurk, o nee, de kast is al vol dus je mag wel een jurk maar dan moet de rok eruit. O god, en ik heb nú al niks om aan te trekken.)
  8. Het is zo heerlijk stil, ik zou daar helemaal tot rust komen!
    (Welnee. 1. We zouden er met z’n tweeën moeten wonen en in een tiny house heb je echt geen kamer voor jezelf. Je hebt niet eens een vierkante meter voor jezelf. 2. Voor die stilte moet je om dat kleine huisje heen wel een enorme lap rustige natuur hebben. Waar vind je dat? 3. Je bent de hele dag bezig met opruimen, het huisje in leuke kleuren schilderen en dat bijhouden en ruziën omdat je elkaar soms even niet meer kunt zien.)

Nou ja, als ik het zo op een rij zet, wil ik helemaal geen tiny house. Ik wil het IDEE van een tiny house. Ik wil een popperig huisje voor mezelf alleen om in te spelen, alsof ik een meisje van zes ben. En eigenlijk wil ik geen leeg huisje, ik wil gewoon een opgeruimd hoofd en een overzichtelijk leven, ik wil lichtheid en onthechtheid. Ik weet dat ik altijd een rommelig, chaotisch mens zal blijven dat droomt van al deze dingen. Dat is goed, dromen. Maar God bewaar me als de tiny house-droom bewaarheid wordt.

gifgif
Juliette Berkhout
Juliette Berkhout
Juliette Berkhout (55) is laatbloeier van beroep. Ze kreeg haar eerste vriendje pas ná de middelbare school, begon pas na haar studie voorzichtig te schrijven en werd pas echt gelukkig toen ze twee weken voor haar veertigste verjaardag haar tweede man ontmoette. Heeft nu dus haast om de rest van het leven zo veel mogelijk te omarmen. Motto: het leven is te kort voor vieze diëten, de sportschool en saaie jurkjes.

RECENTE ARTIKELEN