Els is dood (6): “Rouw lijkt verdacht veel op depressie”

-

Als Femke haar vriendin Els verliest aan kanker, heeft ze geen zin om huilend en jammerend door het leven te gaan. In eerste instantie doet ze dat ook niet. Heel knap, vindt ze zelf. Ze neemt het goede van Els mee en laat het verdriet achter zich. Totdat de rouw explodeert in haar gezicht.

Lees hier deel 1, deel 2, deel 3, deel 4 en deel 5 van de serie ‘Els is dood’. 

Kan iemand mij vertellen wanneer dit overgaat? Ik vind het prima dat het even duurt, maar ik wil graag een tijdspanne. Gaat dit een paar weken duren, een paar maanden, een jaar?

Inmiddels word ik een beetje bang. Rouw lijkt verdacht veel op een depressie. Er ligt een dikke zware deken over me heen en ik heb nergens zin in. Als ik iets moet doen wat ik niet wil, kan ik nergens de kracht vandaan halen om het wel te doen. Verplichte etentjes die al heel lang staan, zijn een draak. Ik ga me lopen opwinden over het huis dat schoon moet, wat we gaan koken, waarover we moeten praten en het hoopt zich allemaal op tot een grote berg die ik niet kan bestijgen. Ik haak negen van de tien keer af en laat mijn man de afbel-gesprekjes voeren.

De as van Els wordt vrijgegeven en een paar vriendinnen opperen om er het glas te gaan heffen. Ik had gedacht dat ik dat soort dingen fijn zou vinden (‘Onder geliefden van Els is Els’), maar ik moet er niet aan denken. Ik zit zo diep in mijn eigen verdriet dat ik dat van anderen niet aankan ofzo. Ik kan er niet precies de vinger opleggen. Het voelt allemaal als te veel. Ik dacht dat ik steun zou halen uit anderen die om dezelfde vrouw rouwen, maar dat voelt ineens toch niet zo. Iedereen heeft weer een andere band met Els gehad, dus het is allemaal onvergelijkbaar. Ik word er een beetje wanhopig van, want ik ging ervanuit dat we dit met zijn allen konden doen. Dat we elkaar uit de put zouden trekken, maar hier zit ik op de bodem en al die handen kunnen mij niet naar boven trekken. Ik moet zelf klimmen. OMG, ja, dit is echt een slechte beeldspraak, te makkelijk ook, maar ik gebruik hem toch, want het is exact zoals het nu voelt.

Klimmen, vallen, klimmen, vallen. Ik wil sneller dan mag, kennelijk. Ik zoek namelijk verkorte routes, vluchtroutes. Als ik nou iets heel anders met mijn leven ga doen, dan heeft mijn brein iets anders om zich mee bezig te houden. Een impuls die sterker is dan het verdriet. Misschien moet ik gaan werken voor een NGO in Afrika. Waterputten slaan, engels geven in Zambia, iets voor Artsen Zonder Grenzen (kan dat als je Nederlands heb gestudeerd?). Ik struin het internet af en denk voor het gemak maar even niet aan mijn man (die kan toch ontslag nemen) en kind met autisme (regelmaat, structuur en veilige omgeving, dat kun je ook in Afrika creëren of niet?). In plaats van Afrika kan ik dus beter op vakantie. Ik ga op zoek naar het meest idyllische resort dat ik kan betalen. Eerst struin ik Barbados af en daarna kom ik op de Malediven terecht. Ik voel me schuldig om voor 8 dagen naar zo’n plek te vliegen, maar mijn depressie wint het van de stand van de aarde (hoe bizar is dat?) en ik boek. Daarna voel ik me niet heel veel beter, dus ik begin weer te twijfelen, doe nog een Google ronde op Jamaica en laat het maar bij de Malediven.

Ik ga ook heel dun worden dit jaar heb ik bedacht. Echt Ally McBeal dun. Niet dat Els dat zou hebben gewaardeerd, want ze vond mijn fascinatie voor dunne mensen met gladgestreken gezichten ‘gruwelijk oppervlakkig’. Ik praatte er echt te veel over. Vond zij. Maar jammer dan Els, jij hebt geen recht van spreken meer, want jij bent dood en ik ga nu superdun worden met een soepdieet. Dan vind je dat maar treurig. Kan me niks schelen.

Het enige wat trouwens echt helpt is een pammetje. Ik heb er niet zoveel, dus ik kan ze niet elke dag nemen (maar goed ook!), maar als ik er echt echt doorheen zit en niet rustig word, dan pop ik zo’n ding en kan ik verdwijnen in een heerlijke buzz. Eindelijk ontspanning, geen tranen, geen pijn.

In de serie ‘Els is dood’ schrijft Femke over hoe ze omgaat met het verlies van haar vriendin Els. Volgende week vrijdagochtend om 8 uur lees je deel 7. 

gifgif
Femke Sterken
Femke Sterken
Femke Sterken is een van de oprichters van SAAR. Nog geen vijftig, maar on her way. Ze houdt van roze koeken, cheese onionchips en zoveel mogelijk ‘leggen’ (als in liggen op de bank, in bed, en op een zonnebedje met een cocktail in de hand).

RECENTE ARTIKELEN