Nu vliegen uit is, komen er steeds meer treinen die je tot diep in Europa brengen. Ze zijn nu nog wel een tikkie prijzig, helaas. Barbara van Erp droomt van de eindeloze Noorse hoogvlakte waar de trein doorheen raast – en over het boemeltje langs de romantische Italiaanse palmbomenkust.
Deze winter stapte ik op een donderdagmiddag rond borreltijd de Eurostar in op Amsterdam Centraal. Er heerste een uitgelaten stemming toen de trein wegzoefde van het perron. Overal kwamen flesjes wijn en blikjes bier vandaan. Mensen hadden picknickmanden meegenomen en proostten met elkaar. Er werd gelachen, geklonken, en na een uurtje dook iedereen in zijn boekje of laptop – en voor we het wisten stapten we uit in hartje Londen waar we om 20.30 aanschoven in een geweldig restaurant.
Reizen met de trein, het is zó leuk. Als kind vond ik dat al; dan gingen met de slaaptrein naar de wintersport. Opstappen in Utrecht. Dan hadden we op het station gegeten en reden we weg net na etenstijd. Er was een ‘carnavalswagon’, een soort disco met een bar. Daar heb ik voor het eerst op een dansvloer gestaan. ’s Avonds klapten we de smalle bedjes uit (“Mag ik boven?”) en tussen de twee hoogste bedden was een netje gespannen zodat we er niet uit zouden vallen. Maar het mooiste moment was wakker worden en naar buiten kijken: overal sneeuw. De conducteur bracht kartonnen doosjes met bruine boterhammen en daarna stonden we buiten, in de ijskou, in een totaal andere wereld dan Utrecht Centraal.
Naar die romantiek verlang ik nog steeds. En nu ik niet meer met kleine kinderen hoef te reizen ben ik me fanatiek op de treinreis aan het storten. Het is natuurlijk klimaatvriendelijker dan vliegen, en dus komen nu weer steeds meer lange treinreizen terug. Het is weer hip om met de trein te gaan. Het gaat wat langzamer maar je ziet een hoop en je komt uitgeruster aan. Ik heb nu vast een lijstje gemaakt met treinreizen die ik de komende jaren wil gaan maken.
Over de grootste hoogvlakte van Europa
Noorwegen (Oslo-Bergen, 8 uur)
De mooiste treinreis van Europa. Toen de Noorse overheid in 2009 besloot deze integraal uit te zenden werd het fenomeen slow tv geboren; miljoenen Noren bleven thuis om de adembenemende reis te bekijken. In acht uur reis je langs de mooiste fjorden, bergen en gletsjers. Als je vertrekt vanuit Oslo, ga dan aan de linkerkant zitten, lees ik in het boek Perron Europa. Daar heb je het mooiste uitzicht, vooral over het water. Je glijdt tunnel in en uit, en steeds na alle 73 tunnels heb je weer een nieuw landschap, het een nog uitzinniger dan het andere. Halverwege de reis ga je dwars door het National Park Hardangervidda, de grootste hoogvlakte van Europa. Een groot deel van dit gebied is alleen bereikbaar via het spoor. Valleien, vlakten, watervallen, ongenaakbaar hooggebergte en diepblauwe fjorden: hier zie je in acht uur alles wat Noorwegen aan natuur te bieden heeft. En weet je wat het leuke is? Naar Oslo hoef je ook niet te vliegen; je stapt in Groningen gewoon op de boot. Er is een splinternieuwe veerverbinding van Eemshaven naar Kristiansand. In een nacht tijd (nou ja, 18 uur) beland je in een totaal andere wereld van diepe natuur, eilandjes en de prachtige kust van Zuid-Noorwegen. In drie uurtjes rijd je daarna naar Oslo. Als je na de treinreis naar Bergen de smaak te pakken hebt, kan je met allemaal kleinere verbindingen nog dieper de poolcirkel in.
Van gletsjers naar palmbonen
Zwitserland-Italië (Chur-Tirano 4,5 uur)
Iedereen dweept met Oostenrijk, Frankrijk en Zwitserland als wintersportbestemming, maar de Italiaanse Alpen zijn de aller, allermooiste. Als je gek bent op grote mensenmassa’s moet je hier niet zijn. Je komt hier voor lekker eten, kleinschalige skidorpjes en dramatische bergtoppen. Precies door die wereld gaat dit treintje van viereneenhalf uur. Deze beroemde Zwitserse rode trein kruipt als een rups langs woest stromende bergbeekjes, gletsjers en imposante hoogtes, en klimt via tientallen viaducten, tunnels en bruggen naar de 2253 meter hoge Berninapas. De reis begint in Chur, een prachtig oud stadje en gaat via bergkammen langs het krankzinnige Landwasser Viadukt, een klassieker in de trainspotterswereld. Het stuk van de reis tussen Thusis en Poschiavo staat op de Unesco Werelderfgoedlijst, dus zorg hier zeker dat je aan het raam gekluisterd zit. Aan het eind van de route kruipt de rode trein als een trammetje de Italiaanse stad Tirano binnen, door smalle straatjes en over een marktplein, rakelings langs de plaatselijke bevolking die ’s ochtends een espresso drinkt. De palmbomen en mediterrane flair maken duidelijk dat je in een heel andere wereld bent aangekomen.
Zin in meer trainspottinginspiratie? Kijk da eens naar het boek Perron Europa van Bart Giepmans & Bonita van Lier van Railtripping. Heel leuk beschreven, mooie foto’s en ook praktische tips van waar je moet boeken, hoe lang de rit duurt en welke stations mooi zijn. Heerlijk! Om te boeken vinden ze de site van Deutsche Bahn het fijnst: bahn.de (ook Nederlandstalig) of de app DB Navigator. Bij de extra opties kun je tussenstops inplannen, (minimale) overstaptijden bepalen, verbindingen vinden waar de fiets mee kan en de optie aankruisen ‘alleen streekvervoer’, waarmee je slow-travelverbindingen vindt die geen gebruik maken van hogesnelheidstreinen. Je kunt de auteurs ook volgen op instagram onder @railtripping.
TIPS
- De Interrail Pas bestaat nog steeds, is er ook voor niet-jongeren en komt in verschillende varianten. Het maakt het reizen een stuk gemakkelijker en goedkoper. Geldig in 33 Europese landen.
- Vanaf Nederland trein je naar Parijs, waar een rechtstreekse TGV je in 6,5 uur naar Barcelona brengt. Daar ga je met de Spaanse AVE naar Madrid en verder naar Cádiz. Dit is Spanje high-speed, ook een prima idee voor een kortere zon- en strandvakantie.
- Ik ben ook gek op de Balkan. Een fijne verbinding is dan de EuroCity, die elke ochtend vanaf Frankfurt rechtstreeks naar de Alpen en Ljubljana en Zagreb rijdt. Ideaal om zonder overstappen diverse bestemmingen in Kroatië en Slovenië te bereiken.