Eenlettergrepige antwoorden. Knallende deuren. Stemmingswisselingen. Verwijtende blikken. Totale onverschilligheid. Brutale antwoorden. Samenleven met een puber is nooit saai, maar er zijn ook momenten dat je ter plekke voor je tienertrol smelt.

1. Hij vraagt of jij een afspraak bij de huisarts voor hem wilt maken, omdat hij het zelf niet durft.
2. En je hoeft niet per se mee, maar zou je tijd hebben, dan zou hij het niet erg vinden. Je zou in de wachtkamer kunnen wachten? (Twee dagen later zit je met hem in de spreekkamer bemoedigend naar ‘m te knikken).
3. Je hoort van de moeder van een vriend waar hij heeft gegeten dat hij zo beleefd was en zo goed heeft geholpen met afruimen en zo (dat doet ie thuis nou nooit!)
4. Op een avond kom je thuis en heeft ie niet alleen gekookt, maar ook netjes gedekt, met gevouwen stukjes keukenrol als servetjes. Je man en jij overladen hem met zoveel complimenten dat het hem afschrikt en hij na het eten schielijk naar zijn kamer verdwijnt. Maar toch.
5. Hij is opeens langer dan jij en tilt je voor de grap wel eens even op. Je denkt aan alle keren dat je vliegtuigje met hem speelde toen hij nog klein was.
6. Uit zijn jas plukt hij voorzichtig een mager kitten dat al een paar dagen bij school schooit. Alles moet wijken voor dit nieuwe project. Je beseft dat hij ooit een uitstekende vader zal worden. En dat je nu onherroepelijk een kat hebt waar je eigenlijk niet op zat te wachten.
7. Je trakteert hem op een concert van Bruce Springsteen. Hij is uiteraard veel te cool voor ‘ouwelullenmuziek’, maar als je in de loop van de avond naar hem kijkt, is hij totaal betoverd.
8. Hij wil een tattoo, maar weet niet precies wat voor een. Met visioenen van Post Malone voor ogen zeg je wat wijze dingen, zonder het plan meteen af te kraken, want voor je het weet komt ie met een vage tekst in zijn nek thuis. Hij is er superdruk mee, maar ziet er uiteindelijk vanaf ‘want ik wil niet zomaar iets laten zetten’. Je bent verbijsterd over zoveel verantwoordelijkheidsgevoel. Zou hij dan toch…?
9. Hoe er tijdens een autorit opeens een heel serieus gesprek kan ontstaan, waarin je meer over hem te weten komt dan bij al je goed bedoelde ‘Hoe was je dag?’ vragen? Spelregel: geen oogcontact maken. Onder géén beding.
10. Als hij een probleem heeft en je alleen maar hoeft te luisteren, omdat ie echt wel snugger genoeg is om het zelf op te kunnen lossen. Maar hij moet het wel even kwijt. En jij moet je mond houden (vooruit, wat diplomatieke suggesties opperen mág).
11. Dat eerste echte gebroken hart, dat een deuk in ieders wereldbeeld en het vertrouwen in de mensheid slaat. Want hij was toch niet voor niets zo verliefd op haar? Ach, jongen toch. Soms mag je zelfs even troostend knuffelen.
12. Als hij je bij een wedstrijd langs de lijn ziet staan en je dan blij toegrijnst, terwijl hij het eigenlijk heel stom vindt, ouders die nog komen kijken.
13. Er is geen plek waar je harder om hem kan lachen dan in de gezinsapp.
14. Hij houdt hardnekkig vol dat het de bedoeling was om zijn haar ravenzwart te verven, maar zijn blik spreekt boekdelen.
15. Als hij in een discussie opeens met goede argumenten, een mening en zelfs wat principes aankomt. Er is zowaar iets van je opvoeding blijven hangen!
16. Hij gaat langs bij oma. Uit zichzelf. Zonder dwang of omkoping. Je moeder vertelt je verrukt dat hij even snel de rolemmer voor haar aan de straat heeft gezet en dat het heel gezellig was. Je probeert te doen alsof het geen big deal is, maar je kunt hem wel zoenen. En dat doe je ook. Tot zijn afschuw.
17. Hij kan niet slapen zonder de kat. En de kat wil nergens ander slapen dan op zijn bed. Hij zegt ‘Yo bro’ tegen de kat die dan terug miauwt. Je wordt gek van het kattenhaar, maar het is ook te schattig voor woorden.
18. De nurkse lul die ‘s ochtends nog stond te schelden omdat je niet ‘de goeie pindakaas’ hebt gekocht (‘Deze plakt aan mijn tanden!’) kan met engelengeduld en plakband een poppenhuis van een doos maken voor zijn kleuternichtje.
19. Je ziet als een berg op tegen de tienminutengesprekken omdat je thuis een kort lontje hebt rondlopen, maar de docenten omschrijven hem als ‘betrokken’ en ‘iemand die de discussie durft aan te gaan’. Je vraagt je af of jullie het wel over hetzelfde kind hebben, maar bent trots.
20. Hij komt met een vuilniszak naar beneden omdat hij zijn kamer heeft opgeruimd. Het is nog steeds een puinzooi, maar je prijst hem toch uitbundig en bent onder de indruk van het initiatief.
21. Het meisje waarmee hij thuiskomt, dat overduidelijk niet zomaar een vriendin is en waar je echt, absoluut niets over mag zeggen, ook niet in positieve zin. En zeker niet over het feit dat hij netjes een onderzettertje onder hun glazen zet.
22. De tortels zitten een beetje hand in hand naar een scherm te kijken. Als de een naar de keuken gaat, gaat de andere mee. Zij smeert boterhammen, hij kijkt quasi nonchalant in het rond. Je probeert een beetje te werken, maar in je hoofd hoor je de stem van David Attenborough deze paringsdans ondertitelen: ‘On this side of the kitchen island, she huddles together protected by her warrior male, who stands guard.’
23. Hij wil nooit praten, behalve dan na middernacht als je snakt naar je kussen, maar toch op zijn bed gaat zitten omdat, nou ja – wanneer maak je dit nou nog eens mee?

Nooit meer iets missen?

Schrijf je in voor de nieuwsbrief en je krijgt wekelijks een verzameling van de beste stukken, updates over de podcast en de beste aanbiedingen van Saar in je mailbox!