Het einde van de vakantie is in zicht, voor de eerstejaars zijn de introductieweken bezig, anderen bereiden zich voor op het nieuwe academische jaar. En menig Saartje houdt haar hart vast, om diverse redenen.
Ontgroening
Babette (52): “Mijn zoon is niet de meest assertieve extrovert en heeft als kind van school moeten veranderen omdat hij ontzettend gepest werd. Hij is vastbesloten alles uit zijn studententijd te halen. En daar hoort volgens hem ook het corps bij. De ontgroening, dat schijnt de laatste tijd minder sadistisch te zijn, na alle schandalen. Maar daarna komen dan ook nog de gebruikelijke ontgroeningsperikelen van het eventuele dispuut overheen, daar schijnt minder toezicht op te zijn. Ik maak me daar zorgen over. Hoe ver zal hij gaan om geaccepteerd te worden? Ik hoop dat hij het overleefd. En ik merk dat ik ontzettend slecht kan loslaten, dat had ik niet van mezelf verwacht.”
Regressie
Birgit (54): “Ze heeft de hele zomer thuis op de bank gehangen, amper gewerkt (‘Ik heb vakantie!’), amper meegeholpen en veel op haar telefoon gezeten. Om eerlijk te zijn vind ik het wel lekker dat ze weer naar haar kamer is. Ik hou zielsveel van haar, maar het is toch onnatuurlijk, een volwassen kind dat verontwaardigd aan je vraagt waarom je geen Frosties hebt gekocht.”
Afhaker
Veronica (54): “Toen hij aan zijn eerste jaar begon, heeft hij volgens mij voor november geen collegezaal aan de binnenkant gezien. Hij kon die vrijheid totaal niet aan. Het was feesten, meisjes, de kroeg in, vrienden, de vereniging, uitbrakken. We twijfelden er geen moment aan dat hij het enorm naar zijn zin had, maar het collegegeld was niet mis en we wilden wel een beetje waar voor ons geld. In plaats van zijn boeken eens open te slaan, nam hij vervolgens een baantje. Hij verloor zo zijn plek en heeft nooit meer die inhaalslag kunnen maken. Hij is happy met zijn huidige werk in de IT, maar het voelt toch nog altijd een beetje alsof we gefaald hebben als ouders. En ik ben me ervan bewust dat dit meer mijn probleem is dan dat hij daarmee zit. Dit jaar gaat zijn broertje studeren, helemaal in Groningen, want verder weg van ons kon hij niks vinden. Nieuwe ronde, nieuwe kansen?”
Plakkerdeplak
Hayana (51) “Dat studentenhuis wordt één keer schoongemaakt, aan het begin van het studiejaar. Daarna is het al snel een plakkerige, muffe bende. Volgens mij doen ze het expres, om bemoeizuchtige, bezorgde moeders op afstand te houden. Superaardige jongens en meisjes, maar echt allemaal varkens. Ik heb heel snel geleerd mijn zoon mee uit eten te nemen als ik hem wil zien. Je ziet er de salmonella op het aanrecht loungen, zeg maar. Iedereen die er woont, moet een geweldig immuunsysteem hebben.”
Sletjeslijst
Gabriëlle (55): “Ze wilde per se bij het corps. Dat leek haar cool. Ik heb er zelf helemaal niets mee, maar het is haar leven. Er kwamen verhalen over bizarre rituelen en tradities, en drank, heel veel drank. Ik geloof dat ze dikke vriendinnen heeft gemaakt binnen haar dispuut, dus dat is mooi. Aan de andere kant staat ze ook op een sletjeslijst, dat vind ik dan weer minder. Ik kan het maar moeilijk rijmen dat mijn kind, die ik het feminisme met de paplepel heb ingegeven, zo meegaat in die seksistische wereld. Ze doet er heel nonchalant over: ‘Het stelt niet zoveel voor’ en ‘Het hoort erbij’. Tot zover dus de invloed van mijn opvoeding.”
Liefde voor het lege nest
Aafke (56): “Echt, ik hou zielsveel van Bob en Bram (19), maar ik kan niet wachten tot het academische jaar weer begint. Het was hier sinds eind mei Hotel Mama. Het ene moment vrienden over de vloer, het andere moment had ik juist geen idee waar ze uithingen, wat hun plannen waren en of ze zouden mee-eten of niet. We zijn het bovendien totaal ontwend om de tv en badkamer niet exclusief voor onszelf te hebben. Nogmaals, ik ben dol op ze. Maar het is wel weer even genoeg, laat dat lege nest maar weer komen.”
Introweken
Yasmine (53): “Ik dacht dat de introductieweek zoiets was waarbij nieuwe studenten op sleeptouw werden genomen om wegwijs te worden op de campus. Afgaand op de enthousiaste appjes is het eerder wegwijs worden in de betere kroegen. Ik hoor van de moeder van een jaargenoot dat het een ‘vitaminevrije’ week is, met erg weinig slaap. Het schijnt allemaal goed te komen, maar ik krijg in mijn hoofd de knop niet omgezet dat mijn middelbare scholier opeens ergens is waar ik niemand ken en dingen doet die ik eigenlijk liever niet wil weten en waar ik hem nog veel te jong voor vind. Zijn vader heeft nergens last van, de lul. Ik kan niet eens heulen met hem.”
Hospita
Wendy (51): “Bij gebrek aan woonruimte is mijn zoon terecht gekomen bij een goede, ouwe hospita. Een vrouw van in de zestig met een groot huis waarin ze drie kamers verhuurt. Het is betaalbaar, het lijkt me een stuk rustiger om te kunnen studeren en ik vind het helemaal niet erg dat hij zich aan een aantal huisregels moet houden. Hij mag dan achttien zijn, mentaal vind ik hem soms nog erg jong. Stiekem is het best een fijn idee dat een volwassene een oogje in het zeil houdt. Uiteraard knik ik meelevend met hem mee als hij moppert dat hij voor een uur ’s nachts binnen moet zijn en dat dat ‘achterlijk vroeg’ is.”
Schijf van vijf
Carlijn (54): “Hij drinkt teveel, hij woont op donderdag, vrijdag en zaterdag in de kroeg, hij heeft vaak een kater. Ik heb hem noch zijn huisgenoten nooit met een normale stem gehoord, ze zijn altijd allemaal hees. Hij komt nooit uit met zijn geld en het wil maar niet bij hem indalen dat de kroeg en eten bestellen zijn grootste kostenposten zijn. De schijf van vijf bestaat voor hem en zijn huisgenoten uit bier, pizza, chips, instant noodles en vla. In het eerste jaar was er weinig sprake van voortschrijdend inzicht, ik heb laaggespannen verwachtingen voor zijn tweede jaar. Maar hij leeft nog en hij heeft zijn studiepunten tot nu toe gehaald, dus waar zeur ik over? Nou, misschien over het feit dat hij vrij snel alweer naar zijn kamer is vertrokken. ‘Beetje indrinken en zo’. Zucht.”
Weemoed
Manon (53): “We hebben haar net verhuisd naar haar studentenkamer en het was heftiger dan ik had verwacht. Voor mij, dan. Haar meisjeskamer is nu zo goed als leeg, haar bed en haar bureau staan nu in Nijmegen. Alleen haar poster van Ariana Grande hangt er nog. Als ze thuiskomt, zal ze op een opklapbed slapen dat we er hebben neergezet. Ik loop steeds onwennig die kamer in. Al die nachtvoedingen op die plek. Al die keren troosten na een nare droom. De ruzies over ‘deur open’ of ‘deur dicht’ toen ze een vriendje had. Het lijkt soms alsof het allemaal niet is gebeurd. Ik sta moederziel alleen in mijn weemoed, Nijmegen is ‘OMG, zo cool’ afgaand op haar appjes. Gelukkig heb ik Ariana nog.”
Nooit meer iets missen?
Schrijf je in voor de nieuwsbrief en je krijgt wekelijks een verzameling van de beste stukken, updates over de podcast en de beste aanbiedingen van Saar in je mailbox!