Als je moeder van 82 in bomen klimt (om geld uit te sparen)

-

De moeder van Yolan is 82, gek op chatten en woont 125 kilometer verderop. Allemaal prima, maar het is wel een beetje zorgelijk dat ze nog in bomen klimt en zelf haar plafonnetje wit.

Mijn moeder is 82 en kijkt vermoedelijk weinig in de spiegel, waardoor ze vergeet hoe oud ze is. Als een grote tak de zon uit de tuin wegneemt of als een boom te hoog dreigt te worden, pakt ze een ladder en een zaag en doet ze er wat aan. Mijn kinderen vinden het hilarisch, een oma die in de boom klimt en kloek de zaag hanteert, maar ik vind het niks. Want ze gaat er natuurlijk een keer uit vallen, die ladder dondert een keer om, en dan heb ik in het beste geval een moeder met een gebroken heup of arm die niks meer kan. En dat is niet alleen zielig, het komt me ook niet uit. Vorig jaar liet ze zich moeiteloos en vooral ook gedachteloos in de kruipruimte van haar huis zakken om de meterstand af te lezen, waarna ze grinnikend constateerde dat ze vermoedelijk nooit meer naar boven kon komen omdat ze zo diep stond dat ze zich met haar armen onmogelijk omhoog kon werken. Toch slaagde ze erin, na drie kwartier ploeteren en met één voet op de watermeter.

Lees ook: Mijn moeder heeft geen internet, mijn moeder heeft mij 

Ze woont 125 km van me af, want ze klimt niet alleen in bomen, ze is ook eigenwijs. En haar dorp in de Achterhoek bevalt haar prima. Bijna had ik haar een keer zo ver dat ze haar woonplaats verliet en bij mij in de buurt ging wonen, maar dat ging op het laatste moment niet door. Toen ze een huis toegewezen kreeg, wilde ze ineens niet meer. “Je vader heeft die stenen in de tuin nog zo mooi aangelegd”, zei ze een beetje bedremmeld, “die kan ik toch niet zomaar achterlaten?” Ze bleef zitten waar ze zat en zit er nog. Inmiddels ben ik mijn troef ook nog kwijt: alle kinderen zijn het huis uit en niet langer onder mijn controle, dus hier in de buurt wonen betekent niet langer de garantie dat ze haar kleinkinderen vaak zal zien. Een paar jaar geleden heeft ze me definitief laten weten dat ze écht niet van plan is haar dorp te verlaten. Over mantelzorg hoef ik me geen zorgen te maken want ‘Ach joh, op een dag lig ik gewoon dood in mijn bed en dan is het voorbij.’

Nu probeer ik haar op afstand onder de duim te houden. We praten dagelijks kort via de iChat en als ze stoer vertelt dat ze een boom gesnoeid heeft, of het keukenplafond heeft gewit, word ik boos. In plaats van een pluim krijgt ze een standje: ‘Wil je daar verdomme nou eens mee ophouden?!’, blaas ik via het beeldscherm van haar iPad. ‘Als er een boom gekortwiekt moet worden of als het plafond zo nodig witter moet, laat ons dat dan weten, dan komen wij dat wel doen!’ Maar ze weet dat we daar amper tijd voor hebben en waarom zou ze hulp vragen als ze het zelf prima kan?

Op dit moment is er een eucalyptusboom in haar zijtuin die uit de hand loopt. Ik wist niet dat die dingen in Nederland zo hoog konden worden, maar hij steekt ver boven haar dak uit (geen bungalow) en dat vindt ze eng in verband met onweer, dus hij moet weg. ‘Dat komt Ruud binnenkort wel doen’, bied ik ruimhartig de diensten van mijn man aan. ‘Ik denk niet dat hij dat voor elkaar krijgt’, antwoordt ze met haar befaamde optimisme. ‘Oh’, schamper ik op haar beeldscherm, ‘je doet het liever zelf?’ Dat vindt ze grappig. Maar nee, zo erg is ze ook weer niet. Misschien moet er maar een mannetje komen, want ze wil het niet op haar geweten hebben dat mijn lief in haar zijtuin ter aarde stort. Maar mannetjes kosten geld, en dat vindt ze ook weer zonde. Dus vrees ik dagelijks een berichtje over de iChat: ‘Eucalyptusboom vast een stukje gesnoeid!’

Lees ook: Onze moeders hadden wel lef, dat moet gezegd 

gifgif

RECENTE ARTIKELEN